Wat zijn de belangrijkste personen in onze Nederlandse geschiedenis? Hoeveel daarvan zijn wetenschappers?
Gisteren was de presentatie van de nieuwe Canon van Nederland. Ik moest deze column een dag eerder inleveren, en weet bij het schrijven de uitkomst nog niet. Eerder al hield ik een pleidooi voor meer natuurwetenschap en techniek in de Canon. In de vorige versie kwam dit slechts in 8% van de thema's terug. Het was samengevat in Christiaan Huygens, Eise Eisinga, de eerste spoorlijn en de televisie. In de huidige coronacrisis springt iedereen op de wetenschap. Heeft dat ertoe geleid dat Antoni van Leeuwenhoek, de grondlegger van de microbiologie, een volwaardige eigen plek heeft gekregen in de Canon? Hij zou het verdienen.
Ik ga er vanuit dat Christiaan Huygens, de belangrijkste wetenschapper die de Republiek in de 17e eeuw heeft voortgebracht, er nog wel in zit. Hoewel hij er niet zonder slag of stoot ingekomen is. In de eerste versie uit 2006 kwam hij nog niet voor. Na een storm van kritiek van wetenschappers werd hij in 2007 alsnog toegevoegd.
Huygens had zijn internationale roem voornamelijk te danken aan zijn sterrenkundige waarnemingen. Hij keek met zijn zelfgeslepen telescooplenzen naar Saturnus. In 1656 verklaarde hij het tot dan toe onbegrepen uiterlijk van de planeet (had de planeet 'oortjes'?) met een ring.
Is Saturnus de enige planeet in het zonnestelsel met een ring? Op dit moment wel. Maar dat is hoogstwaarschijnlijk niet altijd zo geweest en zal ook niet altijd zo zijn. Vorige week werd door astronoom Matija Ćuk van het SETI Instituut in Californië nieuw bewijs gepresenteerd dat Mars vroeger ook een ring heeft gehad. Het lijkt erop dat de Marsmaan Phobos in zijn huidige vorm 'jong' is. Hij is ontstaan uit brokstukken van een ring die samenklonterden en een vaste maan vormden. Nu beweegt de maan zich tergend langzaam richting de planeet. Hierdoor is de verwachting dat hij over ongeveer 40 miljoen jaar door de zwaartekracht weer uit elkaar getrokken wordt in stukken die zich verspreiden in een ring. Het duurt nog wel even, maar dan hebben we twee planeten met een ring.
De wetenschappelijke zoektocht gaat altijd door, en levert voortdurend nieuwe inzichten op. En nieuwe topwetenschappers. Nog een reden om de Canon met een zekere regelmaat te herijken.
Amito Haarhuis, directeur Rijksmuseum Boerhaave
Deze column verscheen op dinsdag 23 juni 2020 in De Telegraaf.