Zijn de maanstenen echt?

Terug naar Columns

Het was groot nieuws in 2009: de maansteen die het Rijksmuseum als schenking had gekregen van de erven van oud-premier Willem Drees bleek niet echt te zijn. De ‘maansteen’ die Drees in 1969 aangeboden kreeg van de Amerikaanse ambassadeur ter herinnering aan de maanlanding van de Apollo 11 bleek een versteend stukje hout te zijn.

Nu de maan weer volop in de belangstelling staat door de Artemis I missie, is er ook veel interesse in maanstenen die Rijksmuseum Boerhaave in de collectie heeft. Het zijn vier kleine stukjes maansteen die in kunsthars gevat zijn. Het verhaal gaat dat deze wel echt opgeschept zijn door Neil Armstrong vlak nadat hij zijn eerste stap op de maan zette op 20  juli 1969. In 1970 zijn ze door president Nixon cadeau gegeven aan Koningin Juliana. Via Juliana, die een hartsvriendin was van oud-directeur Maria Rooseboom, zijn ze in Rijksmuseum Boerhaave terechtgekomen. Zijn deze maanstenen wel echt? 

Afgelopen vrijdag stond deze vraag centraal in het televisieprogramma Historisch Bewijs. Een team van experts ging op zoek naar het antwoord. Ze namen de stenen mee naar het onderzoekslab van de Universiteit van Manchester waar ze in staat zijn om de chemische samenstelling van de maanstenen vast te stellen met behulp van röntgenstraling. Dat was nog nog niet eenvoudig, aangezien de maanstenen omgeven zijn door een omhulsel van kunsthars dat natuurlijk intact moest blijven. 

Na de uitzending kon ik opgelucht ademhalen: er is onomstotelijk bewezen dat de maanstenen echt zijn. De chemische samenstelling komt overeen met die van andere maanstenen die door Neil Armstrong zijn verzameld. Naast deze kleine stukjes maansteen heeft Rijksmuseum Boerhaave ook nog een groter stuk maansteen in de collectie dat is meegebracht door de latere Apollo 17 missie in 1972. Samen zijn dit de enige echte maanstenen in de Collectie Nederland. In Space Expo in Noordwijk is een ook maansteen te zien van de Apollo 17 missie, maar dit is een bruikleen van de NASA. 

Amito Haarhuis, Directeur Rijksmuseum Boerhaave

Deze column verscheen op dinsdag 6 september 2022 in De Telegraaf

Zoek op