Spotprenten van James Gillray
Nu de media gedomineerd worden door nieuws over de corona-pandemie kan het misschien geen kwaad om hier eens een wat lichter onderwerp op te voeren. De prentencollectie van Rijksmuseum Boerhaave bevat namelijk heel wat werk dat je kunt rubriceren onder de noemer satire, of karikatuur. In deze blog belicht conservator Tim Huisman een selectie prenten uit onze verzameling, getekend door ‘de vader van de politieke spotprent,’ de Engelse satiricus James Gillray (1757-1815).
Humor is een manier om om te gaan met de rampen en onrechtvaardigheden van het leven - een menselijk overlevingsmechanisme, dat ons helpt het hoofd te bieden aan calamiteiten als oorlog en ziekte. Het zal dan ook geen toeval zijn dat juist in een periode dat rampzaligheden en sociale onrust zich opstapelen, het vak van de satiricus tot bloei komt.
Een voorbeeld hiervan is het tijdperk rond 1800, meer specifiek in Groot-Brittannië. Het is de tijd van de Napoleontische oorlogen, van technische en wetenschappelijke vernieuwing, van de prille industriële revolutie en de sociale onrust die zij teweegbrengt. De jaren rond 1800 zijn een periode van grote onzekerheid: de plattelandsbevolking trekt naar de steden, op zoek naar een beter bestaan, de Britse oorlogen met Napoleon maken economische ontwikkelingen grillig en ongewis en als gevolg daarvan het politieke en sociale leven vol tumult en drama. ‘Gefundenes fressen’ dus voor de satiricus, voor de nar die het toneel van de dagelijkse gebeurtenissen in het licht van (wrange) humor zet. In het Engeland van rond 1800 heette die nar James Gillray.
Charles Turner, Portret van James Gillray, 1819 (National Library of Wales)
Gillray wordt door velen beschouwd als de vader van de politieke cartoon. Zijn productie was fenomenaal: bijna duizend spotprenten worden aan hem toegeschreven. Een deel van zijn werk zal voor de tegenwoordige toeschouwer niet meer te begrijpen zijn omdat het gebeurtenissen beschrijft die nu als voetnoten van de geschiedenis worden gezien. Maar zelfs dan blijven die prenten fascinerend door hun compositie, vaak ontleend aan de bombastische serieuze historieschilderkunst van die tijd, en door de bijtende humor waarmee Gillray de personages in zijn prenten portretteert.
In de collectie van Rijksmuseum Boerhaave bevindt zich een treffend voorbeeld daarvan in Gillrays spotprent uit 1804, waarin hij een conflict tussen regering en parlement weergeeft als een strijd tussen goden en reuzen uit de Griekse mythologie. De meeste personages in de prent zijn afgebeeld als naakten uit de ‘hoge’ schilderkunst, maar in plaats van heroïsch zijn deze naakte politici alleen maar lachwekkend met hun vadsige of juist scharminkelige blote lijven.
James Gillray, A confederated coalition, or: the giants storming heaven, 1804
Je kunt je trouwens wel afvragen waarom deze prachtige politieke prent - A confederated coalition - zich in de collectie van Boerhaave bevindt. Het antwoord ligt waarschijnlijk in de medische associatie van de klisteerspuit, waarmee de centrale figuur in de wolken zijn belagers onder vuur neemt.
James Gillray, The cow-pock, or: the wonderful effects of the new inoculation, 1802
Dichter bij huis waar het het verzamelbeleid van Rijksmuseum Boerhaave betreft is natuurlijk Gillrays commentaar op de inenting met het pokkenvaccin, geïntroduceerd door de arts Edward Jenner vanaf 1796. We bezitten twee schetsen met details voor de prent The cow-pock or the wonderful effects of the new inoculation (1802). Hierin maakt de cartoonist zich vrolijk over de angsten onder zijn tijdgenoten voor bijverschijnselen van dokter Jenners inentingen: koe-achtige gezwellen ontspruiten overal op de lichamen van zijn patiënten. En is die stoïcijnse medicus met zijn inoculatiemesje dokter Jenner zelf? De tekeningen zullen overigens te zien zijn in de tentoonstelling Besmet!
James Gillray, The gout, 1799
Misschien wel het meest tijdloos zijn de prenten waarin Gillray alledaagse ongemakken - waaronder natuurlijk veel medische - op de korrel neemt. Een goed voorbeeld hiervan is The Gout. De pijnlijke aandoening jicht of podagra, een reumatische gewrichtsontsteking, is hier voorgesteld als een venijnig duiveltje dat zijn scherpe tanden en klauwen is het basisgewricht van de grote teen zet; inderdaad de plek waar jicht het meest voorkomt.
Ziek zijn is nooit leuk, maar al helemaal niet in de late achttiende eeuw toen veel therapieën nog waren gebaseerd op de aloude leer van de lichaamshumoren, of varianten daarvan. Een onbalans in die humoren zou ziekte veroorzaken, herstel van de balans was dus de manier om de ziekte te verdrijven. Er werd dan ook in ruime mate bloed afgetapt, gepurgeerd en gelaxeerd op doktersrecept. Het ellendige lot van de achttiende-eeuwse zieke wekte volop de spotlust van James Gillray. In een serie van vier prenten vertelt hij het verhaal van zo’n beklagenswaardige patiënt.
James Gillray, Breathing a vein, 1804
In de eerste prent, Breathing a vein (‘de ader laten ademen’) ondergaat de patiënt een aderlating. In tegenspraak met het mild klinkende ‘ademen’ spuit een krachtige fontein van bloed uit de arm van de patiënt in het opvangbekken van de dokter. Maar zoals blijkt uit de tweede prent, heeft het aderlaten niet geholpen. De dokter neemt nu zijn toevlucht tot een braakmiddel, het ‘emeticum’ uit de titel. De medicus houdt het hoofd van de patiënt stevig vast, in afwachting van het effect van het braakmiddel. Een forse kom staat voor de patiënt klaar op tafel om een en ander op te vangen.
James Gillray, A gentle emetic, 1804
In de derde prent Taking physic heeft de patiënt, die er zo langzamerhand bleek en miserabel uitziet, weer een ander medicijn voorgeschreven gekregen. Het smaakt blijkbaar afschuwelijk, en te oordelen aan de losgeknoopte broek van de zieke en de loshangende panden van zijn hemd, gaat het hier om een purgeermiddel dat de ongelukkige om de haverklap naar het toilet dwingt.
James Gillray, Taking physick, 1804
De laatste prent uit de serie ontbreekt helaas aan onze collectie. Hij heet Charming well again en toont ons een happy end. De patiënt is weer helemaal het mannetje en stort zich vol eetlust op een overvloedige maaltijd. Hij heeft niet eens de tijd genomen om zijn rode slaapmuts af te zetten.
James Gillray, charming well again, 1804 (Wellcome Collection)
In de jaren rond 1800 was James Gillray op het toppunt van zijn kunnen en van zijn roem. Zijn prenten, te koop als losse bladen, werden op de markt gebracht door meerdere uitgevers en vonden aftrek bij een talrijk publiek van verzamelaars. Zo groot - en gevreesd - was zijn reputatie, dat politici naar zijn gunsten dongen, hoewel hij ook meerdere malen is aangeklaagd wegens smaad, zedenbederf en majesteitsschennis. Vanaf 1807 begon Gillray echter lichamelijk en geestelijk af te takelen, wat nog verergerd werd door zijn toenemende alcoholisme. Na 1811, vertelt zijn biograaf ‘verviel hij in een staat van krankzinnigheid, vermengd met delirium.’ James Gillray stierf in 1815, 58 jaar oud.
Tim Huisman
Verder lezen
- R.H. Evans, T. Wright, Historical and Descriptive Account of the Caricatures of James Gillray, London 1851
- James Gillray Caricaturist
- National Portrait Gallery
- British Museum