We moeten van het gas af. Het is gemakkelijker gezegd dan gedaan. De experimenten om te komen tot aardgasvrije wijken hebben tot nu toe slechts een heel beperkt resultaat opgeleverd. Daarom moeten we alle mogelijkheden aangrijpen die er zijn.
Deze maand kwam een Nederlandse innovatie in het nieuws omdat zij een grote bijdrage hebben gekregen uit het klimaatfonds van Bill Gates voor de doorontwikkeling van hun technologie. De startup Cellcius, opgezet door de Eindhovense hoogleraar technische natuurkunde Olaf Adan in samenwerking met TNO, heeft een warmtebatterij ontwikkeld. Het bedrijf claimt dat dit de potentie heeft tussen de 3 en 6 miljoen huishoudens van het gas af te krijgen.
Een warmtebatterij heeft eenvoudige ingrediënten: zout en water. Het principe erachter is niet nieuw. Door zout (kaliumcarbonaat) bloot te stellen aan waterdamp reageert het en daarbij komt warmte vrij. Het omgekeerde is ook waar: door water uit het zout te verdampen, sla je energie op in de zoutkristallen. Maar hierbij waren er tot nu toe twee praktische problemen: hoe houd je het zout stabiel, zodat het na een paar keer opladen niet uit elkaar valt? En hoe maak je een betaalbare en compacte batterij die de energie efficiënt kan opslaan en weer afgeven? Cellcius heeft nu goede eerste resultaten geboekt om hier een oplossing voor te bieden. Ook de manier waarop het bedrijf de warmtebatterij wil inzetten is innovatief: het wil restwarmte uit de industrie, die nu nog geloosd wordt, gebruiken om warmtebatterijen op te laden. Deze kunnen vervolgens -zonder dat je een warmtenet hoeft aan te leggen- worden getransporteerd naar woonwijken waar ze huizen van energie kunnen voorzien. De warmtebatterijen leveren warmte van rond de 65 graden waardoor ze zo kunnen worden aangesloten op bestaande cv-installaties.
Met het geld van het fonds van Bill Gates kan een jaar lang onderzoek worden gedaan, en de ontwikkeling van de zoutbatterij worden versneld. Cellcius wil de batterij in 2024 op de markt brengen.
Amito Haarhuis, Directeur Rijksmuseum Boerhaave
Deze column verscheen dinsdag 18 oktober 2022 in De Telegraaf