In mijn column van 6 augustus 2019 schreef ik dat we nog niet al te bang hoefden te zijn voor de mogelijkheid om transplantatieorganen te kweken in dieren, omdat het nog heel lang kon duren voor het zover was. Maar de innovaties in de geneeskunde gaan snel.
Vorige maand was daar opeens het nieuws van een ‘wetenschappelijke doorbraak’. “Mens met varkensnier historische doorbraak”, kopte deze krant op 20 oktober. Die kop bleek het nieuws teveel op te blazen. Bij nadere beschouwing bleek het niet zozeer te gaan om een transplantatie, maar het succesvol aansluiten van een varkensnier buiten het lichaam van een hersendode vrouw. De bloedvaten van de nier waren verbonden met bloedvaten in het bovenbeen van de vrouw. De varkensnier was genetisch veranderd, zodat hij niet meteen afgestoten werd door het afweersysteem van de vrouw. Dat is op zichzelf natuurlijk al heel knap. De nier liet 54 uur lang een goede werking zien. Het bewijs daarvoor was de productie van urine.
Wetenschapsjournalist Anne van Kessel ging recent voor NEMO Kennislink naar een speciale varkensboerderij in Duitsland waar varkens met dit soort organen worden gemaakt. In Nederland is dit niet toegestaan. Zij schrijft dat de onderzoekers van dit programma voorspellen dat een volledige transplantatie binnen nu en drie jaar mogelijk is. Het zou een oplossing kunnen bieden voor het tekort aan donororganen. Maar willen we alles wat kan? Zou jij zo’n varkensnier willen hebben als je er een nodig had? Het is een belangrijke ethische vraag die nu toch behoorlijk urgent begint te worden. Een varkensnier kan je leven redden, maar vind je het ethisch verantwoord dat dieren puur en alleen worden gekweekt om hun organen te oogsten? Wat vind je ervan dat de menselijke soort op deze manier wordt vermengd met dieren? Is dat niet onnatuurlijk?
Als deze vragen je prikkelen, discussieer dan mee tijdens de Donordier-dialoog die NEMO Kennislink op 7 november aanstaande organiseert.
Amito Haarhuis, Directeur Rijksmuseum Boerhaave
Deze column verscheen op dinsdag 2 november 2021 in De Telegraaf.