In samenwerking met Studium Generale organiseert Rijksmuseum Boerhaave een lezingenreeks naar aanleiding van de tentoonstelling Kosmos: Kunst & Kennis in de periode februari t/m maart. Tijdens de avonden komen diverse onderwerpen aan de hand van het thema kosmos aan bod, van de hemel op het witte doek tot het ontstaan van sterrenstelsels.
Donderdagavond 5 maart vertelt astronoom Jorryt Matthee hoe hij erin slaagde om voor het eerst het optrekken van deze oernevel in beeld te brengen. In de tweede lezing staat archeoloog Karsten Wentink stil bij de wijze waarop prehistorische mensen fenomenen als leven en dood verbonden met de cyclus van hemellichamen.
Wanneer: donderdag 5 maart van 19.00 tot 21.00 uur
Voor wie: voor iedereen
Kosten: gratis
Aanmelden: verplicht (zie onderaan deze pagina het inschrijfformulier)
De kraamkamer van het universum - Het ontstaan van sterrenstelsels in beeld gebracht
Dr. Jorryt Matthee, postdoctorale onderzoeker aan de Eidgenössische Technische Hochschule in Zürich
De Pruisische filosoof Immanuel Kant oppert in 1755 de zogeheten ‘nevelhypothese’. In zijn geschrift Allgemeine Naturgeschichte und Theorie des Himmels oppert hij dat de zon en ons planetaire stelsel geleidelijk zijn ontstaan uit een nevelige, zich verdichtende wolk van sterrenstof. Hoewel hij zich nauwelijks beroept op waarnemingsgegevens bevat deze hypothese een kern van waarheid. In het vroege heelal worden sterrenstelsels omringd door een wolk van waterstofgas die na verloop van tijd verdwijnt. Tijdens deze lezing vertelt astronoom Jorryt Matthee hoe hij erin slaagde om voor het eerst het optrekken van deze oernevel in beeld te brengen.
Leven onder de koperen ploert - Een prehistorische kijk op de kosmos
Karsten Wentink (Mphil), promovendus bij Faculteit Archeologie en eigenaar Sidestone Press (V.O.F.)
In 1999 doen twee criminele schatzoekers gewapend met metaaldetectors een bijzondere ontdekking op de top van Mittelberg, bij het nabijgelegen stadje Nebra (Duitsland). Het betreft een draagbaar astronomisch instrument dat dateert uit de vroege bronstijd: de Hemelschijf van Nebra. Op de groenuitgeslagen bronzen schijf (dertig centimeter doorsnede en ruim twee kilo) prijken enkele gouden hemellichamen, waaronder de Plejaden en een volle en wassende maan. Waarschijnlijk heeft de schijf dienst gedaan als kalender waarmee de winter- en zomerzonnewende kon worden voorspeld. De vondst onderstreept dat ook in prehistorische samenlevingen hemelverschijnselen een belangrijke rol spelen. In deze lezing staat archeoloog Karsten Wentink stil bij de wijze waarop prehistorische mensen fenomenen als leven en dood verbonden met de cyclus van hemellichamen.
Helaas de lezing is vol!